Door Bas van Bavel
Het is een sprookje dat onze markteconomie een onmisbare voorwaarde voor welvaart en rechtsstaat is. Dat weet de internationaal gezaghebbende Nederlandse economisch historicus Bas van Bavel in De Onzichtbare Hand? onweerlegbaar aan te tonen. Hij toetst de abstracte beweringen van de economen genadeloos aan de historische werkelijkheid. De vrije markt, die aanvankelijk breed werd omarmd, blijkt na enige tijd de welvaartsgroei juist te remmen: nieuwe economische elites veroveren met hun rijkdom politieke en juridische macht en sluiten nieuwkomers buiten. De ongelijkheid neemt toe, investeringen nemen af. Zo ging het tijdens de bloeitijd van de Arabische cultuur in Irak, in de Italiaanse steden ten tijde van de Renaissance, en ook in de Gouden Eeuw van Antwerpen en Amsterdam. En in onze tijd zal het niet anders zijn. Door ons vast te ketenen aan het Angelsaksische marktmodel hebben we onze eigen mogelijkheden om een neergaande cyclus te stuiten ernstig beknot.
Bas van Bavel in Gesprek over De Onzichtbare Hand?
"Zo is De Onzichtbare Hand een weerlegging van de mythe van de markteconomie op alle punten. De markteconomie is niet een universeel modern verschijnsel dat de millennia-lange ontwikkeling van slavernij tot zzp’erschap bekroont, maar kent verschillende, oude en nieuwe vormen die altijd een cyclus laten zien van opkomst, bloei en neergang. En anders dan neoliberale economen nog altijd geloven, zorgt de vrije markt niet voor steeds toenemende welvaart, maar uiteindelijk voor grote ongelijkheid, met een kleine elite van superrijken tegenover een massa die te stellen krijgt met steeds lagere reële inkomens. Ook leidt de markteconomie niet vanzelf tot vrijheid en democratie. Integendeel"
Interviews / Artikelen
Over Bas van Bavel
Bas van Bavel (1964), opgeleid als historicus, is faculteitshoogleraar transities van economie en samenleving aan de Universiteit Utrecht. Hij schreef het boek Manors and Markets, over de sociaal-economische geschiedenis van de Nederlanden in de Middeleeuwen, en talrijke artikelen over marktontwikkeling, ongelijkheid en welvaartsgroei, meestal vanuit een langetermijnperspectief. Daarnaast geeft hij leiding aan Instituties voor Open Samenlevingen, een van de multidisciplinaire speerpunten van de Universiteit Utrecht.