Part 3 of 4 in series "'Goede Markten' boekinterviews"

Econoom Lans Bovenberg herkent de passie voor zijn vakgebied die (historisch) econoom Luigino Bruni laat doorschemeren in zijn boek The Wound and the Blessing; Economics, Relationships and Happiness (2012) – en deelt zijn visie dat de markt een belangrijke sociale infrastructuur voor menselijke samenwerking is. Een boekinterview.

“The Wound and the Blessing” is een opmerkelijke titel voor een boek dat over economie en markttransacties gaat. Wat bedoelt Bruni daar mee?

“Voor veel mensen buiten de economie, zoals veel sociologen en filosofen, is het uitgangspunt simpelweg dat de markt slecht is. Maar laten we eerst en vooral ook de zegeningen tellen die het brengt. Voor Bruni – en ook voor mij trouwens – is de markt een mooi sociaal mechanisme waar we zuinig op moeten zijn. Het heeft enorm veel toegevoegde waarde voor onze samenleving, waar we dankbaar voor moeten zijn. Die toegevoegde waarde, het mooie van de markt, kan Bruni heel goed omschrijven. Dat is onder meer dat de markt vele bloemen laat bloeien.

Hij ziet echter ook dat de markt steun nodig heeft van andere instituties. En dat we als mens niet bij de markt alleen leven. Hij beseft eveneens heel goed dat het ook wel eens mis gaat, kijk alleen al naar de recente economische crisis. De markt is mensenwerk, opgebouwd uit tal van menselijke relaties. En dat betekent dat het onvermijdelijk is dat we elkaar af en toe kwetsen, verwonden in die markt.”

Wat voor soort econoom is Bruni? En hoe is dit boek ontvangen door vakgenoten?

“Hij heeft een heel grote intellectuele bagage, weet veel van geschiedenis en filosofie, waardoor hij breder kan nadenken over het vakgebied dan de meeste economen. Maar hij is vooral ook een echte econoom, een die met bedrijven heeft gewerkt en met zijn voeten in de empirische modder heeft gestaan. Daarom waardeer ik zijn werk ook zo. Ik heb een hekel aan mensen die van buitenaf de economie denken te kunnen bekritiseren. Ondanks die brede blik beschouw ik Bruni uiteindelijk toch als een mainstream econoom, net als ik. Ik proef bij hem ook een liefde voor ons vak die ik herken.

Het boek sluit aan bij recente ontwikkelingen in het economisch vakgebied. De laatste 20 à 25 jaar heeft er een verandering plaatsgevonden in het mensbeeld van de economie, dat mensen oorspronkelijk als uitsluitend rationeel en zelfzuchtig neerzette. Economen zijn verder in toenemende mate bezig met al het menselijk gedag, dus ook met wat men traditioneel ziet als niet-economische relaties, zoals de ouder-kind relatie, liefdesrelaties. Om daar goed onderzoek naar te kunnen doen, zijn economen steeds meer inzichten en methodes uit andere vakgebieden gaan importeren. Zo zijn economen zich onder meer, samen met psychologen, met geluk bezig gaan houden.

The Wound and the Blessing begint bij het werk van gerespecteerde mede-economen die iets breder zijn gegaan, maar stopt daar niet. Bruni doet recht aan wat de economie heeft bereikt, maar identificeert ook waar we nog verder moeten kijken.”


“Dat je in je privéleven wel giften wil geven, maar in de markt alleen wat voor een ander doet als je er direct wat voor terugkrijgt. Volgens Bruni is dat een foute interpretatie van Adam Smith.”


Ik zag online dat Bruni verbonden is met een beweging die een ‘economy of communion’ promoot, hij heeft daar ook een boek over geredigeerd. Het gaat dan, zo begrijp ik, om sociale bedrijven die door lokale gemeenschappen opgezet en beheerd worden. Is dat de richting waarin we moeten kijken?

Die beweging is inderdaad mede door zijn gedachtegoed geïnspireerd. Ik ben meer een mainstream econoom en vind het geen oplossingsmodel voor onze hele economie. Dus hou ik me daar niet zo mee bezig. Ik zie het eigenlijk vooral als experimenteerruimte. Bruni gelooft ook in diversiteit, en beseft dat eigenbelang ook bij het economisch leven hoort. Uiteindelijk wil hij ook het centrum van de economie hervormen en niet alleen niche-oplossingen creëren. Als je goed begrijpt hoe de markt werkt, is de ‘economy of communion’ er eigenlijk al, en bestaat deze niet alleen uit dit soort bedrijvigheid.

In dit boek van Bruni is ‘gratuitousness’ een belangrijk begrip. Wat bedoelt hij daarmee en hoe past dat in het economische discours?

“Het gaat daarbij om een gift aan de ander, iets waar je niet per se iets voor terug verwacht, in tegenstelling tot ‘reciprocity’ ofwel wederkerigheid, ‘quid quo pro.’ Je denkt misschien dat er voor giften geen plaats is in een markteconomie. De kern van dit boek is echter dat er in geen enkele sector, ook niet in de markt, puur zelfzuchtige motivaties zijn.

Dat is ook zijn kritiek op Adam Smith, een van de grondleggers van de moderne economische wetenschap. Die probeerde uit elkaar te halen wat tot het privédomein behoort, zoals het gezinsleven, en wat tot het marktdomein. Daardoor denken mensen nu dat deelnemen aan de markt betekent dat je alleen aan je eigenbelang denkt. Dat je in je privéleven wel giften wil geven, maar in de markt alleen wat voor een ander doet als je er direct wat voor terugkrijgt. Volgens Bruni is dat een foute interpretatie van Adam Smith.

Natuurlijk moet je vanuit de ander leren denken om economisch goed te boeren. Een ondernemer die niet snapt wat zijn klanten willen, komt niet ver. Maar het gaat dieper dan dat. Economie is veel meer dan alleen geld verdienen. Een drijfveer om te werken is bijvoorbeeld ook het ontmoeten van mensen, vriendelijk contact, bijdragen aan de samenleving, zingeving, respect krijgen.”


“Het is een ingewikkelde vraag hoe het anders en beter kan in de bankensector. Waar ik me aan stoor, is dat we nu ineens allemaal zo goed weten hoe het voorkomen had kunnen worden. Ja, het is een flinke en pijnlijke wond, maar dat hoort ook bij het leven.”


Dat kan wel zo zijn, dat mensen zulke drijfveren hebben, maar is dat iets waar economen zich mee bezig zouden moeten houden?

“Ja, dat vind ik wel. Ken je het experiment dat bekend staat als het ‘ultimatum game’? Een proefpersoon mag 100 euro verdelen tussen hem en een andere proefpersoon. Die andere proefpersoon mag besluiten de verdeling te accepteren, of af te wijzen – maar dan krijgen beide proefpersonen niets. De traditionele economische theorie voorspelt dat ieder bod geaccepteerd wordt, al krijgt die tweede persoon maar een euro, of zelfs een cent. Dat zou economisch rationeel zijn, beter iets dan niets. Maar dat is niet wat er gebeurt. Veruit de meeste proefpersonen wijzen het bod af als het veel van een gelijke verdeling afwijkt. Respect is enorm belangrijk voor mensen, dat laat dit experiment zien.

Wij zitten nu in een Starbucks voor dit interview. Hier worden ook continu ‘giften’ gegeven en ontvangen tussen klanten en medewerkers. Als je er van buiten naar kijkt en alle drijfveren meeneemt, is er uiteindelijk misschien wel weer sprake van enige reciprociteit. Maar als persoon, van binnen uit, leg je niet continu op een gouden weegschaal of iedere glimlach wel beloond wordt. Dat is ook het probleem van de ‘stopwatchmentaliteit’ in de huidige zorgsector, waar iedere gewerkte minuut verantwoord moet worden. De gift van de vrijheid ontbreekt in de uitwisseling tussen zorgorganisatie en zorgmedewerkers.

Economie gaat over wat voor dingen we waarderen, wat we waardevol en belangrijk vinden. Dus ook hierover.”

Maar is enige controle dan niet nodig? Want kijk wat er in de bankensector gebeurd is, de enorme wonden die het kan veroorzaken als je mensen vrij hun gang laat gaan op die markt.

“Het is een ingewikkelde vraag hoe het anders en beter kan in de bankensector. Waar ik me aan stoor, is dat we nu ineens allemaal zo goed weten hoe het voorkomen had kunnen worden. Ja, het is een flinke en pijnlijke wond, maar dat hoort ook bij het leven. We begrijpen de wereld nu eenmaal niet goed. Verder kun je nu eenmaal niet alles dicht reguleren. De wereld is niet volledig maakbaar. Niet voor niets wordt wel gezegd dat als je de hemel op aarde wilt brengen, je de hel creëert.

Tot op zekere hoogte moeten we wonden dus accepteren, want anders verliezen we ook de zegeningen van het leven dat voortkomt uit vertrouwen. We denken te veel dat we het lijden uit kunnen bannen. Dat maakbaarheidsdenken regeert helaas te veel. Het resultaat is dat we onnodig vrijheid en vertrouwen verliezen. Dat is ook de boodschap van Bruni. Vandaar de titel: The wound and the blessing.”

Speelt levensbeschouwing hier een rol? Ik las ergens dat Bruni katholiek is en weet dat jij zelf ook een christelijke achtergrond hebt.

“Een groot cultureel probleem van deze tijd is we niet meer kunnen omgaan met fouten, met lijden. We kunnen moeilijk met onbalans omgaan, omdat we het grote plaatje niet meer zien, daar niet meer in geloven. Daarom leven we in een moraliserende samenleving.

Wonden accepteren is natuurlijk ook enorm moeilijk. Eerlijk gezegd ben ik zelf van nature ook iemand met een enorme controledrang, ik wil dingen uitdenken en beheersen.

Bruni lijkt er allemaal wat ontspanner in te staan, hij heeft vertrouwen om dingen op zijn beloop te laten. Mensen hebben nou eenmaal ruimte nodig om te kunnen bloeien, met alle risico’s die dat oplevert. Hoop is ruimte geven. Ook al gaat het soms behoorlijk mis.”

Binnen ons onderzoeksproject ben jij bezig met een deelproject dat nieuw lesmateriaal voor economieonderwijs ontwikkelt. Wat gaan scholieren en studenten daarin terug zien van het boek van Bruni?

“Het boek van Bruni sluit goed aan op het uitganspunt van ons onderzoeksproject. We delen een positieve grondhouding naar de markt, de visie dat het een belangrijke sociale infrastructuur is voor de samenwerking tussen mensen. Net als Bruni ben ik er van overtuigd dat er in de economie een rol is voor alle menselijke motivaties: eigenbelang,  reciprociteit, onvoorwaardelijke gift. In mijn nieuwe lesmateriaal wil ik daar uitgebreid aandacht aan geven. Er is meer dan de homo economicus.

In de economische wereld wordt er traditioneel een strict onderscheid gemaakt tussen twee vormen van interactie tussen mensen: transacties en relaties. Transacties zijn eenmalig en anoniem, gebasseerd op zelfzucht en reciprociteit. En relaties zijn langdurig, een kwestie van ‘giften’ uitwisselen zonder de balans bij te houden. De reflectie op de houdbaarheid van dat onderscheid wordt wellicht een belangrijke bouwsteen in mijn lesmateriaal.”

Post/artikel mogelijk gemaakt door



Series "'Goede Markten' boekinterviews":

Welke boeken – klassiekers of recent gepubliceerd – zou je moeten lezen voor een diepgaand begrip van de relatie tussen markten en moraliteit? In deze serie boekinterviews geven onderzoekers uit het project ‘Waar Goede Markten Goed voor zijn’ hun persoonlijke aanbeveling.


Articles in this series:
  1. Sociale Verbanden Nodig voor de Markt, niet Radicaal Individualisme
  2. De Psychologische Mechanismen achter de Werking van de Onzichtbare Hand
  3. Onvermijdelijk dat We Elkaar Af en Toe Kwetsen in de Markt
  4. Hoe BNP Dominant Werd in de Economie